Ga door naar hoofdcontent
Artikelen‘Bestaanszekerheid moet de overheid garanderen’
Bestaanszekerheid

‘Bestaanszekerheid moet de overheid garanderen’

Maandag 1 februari 2021

‘Het ontbreken van bestaanszekerheid veroorzaakt veel leed’

René Peters, CDA

Tweede Kamerlid René Peters (CDA) heeft het thema bestaanszekerheid hoog op zijn agenda staan. Want het ontbreken daarvan brengt veel leed met zich mee. ‘Met een juiste aanpak kunnen we een hoop ellende voorkomen. En ook nog eens met minder kosten.’

 width=

Wat betekent de term bestaanszekerheid? 

‘Ieder mens heeft bestaanszekerheid nodig: eten, drinken, een dak boven zijn hoofd, een reden om voor uit bed te komen en gemeenschapszin. De meeste mensen zijn in staat deze zaken zelf te regelen, maar een miljoen mensen in Nederland kunnen dat niet. Zij hebben veel moeite de eindjes aan elkaar te knopen. Mensen in de bijstand bijvoorbeeld kunnen vaak niet rondkomen, evenals mensen die weinig verdienen en net niet in aanmerking komen voor toeslagen. Of jongeren met tijdelijke banen, en senioren met enkel een AOW of een heel klein pensioen.’

Vind je het de taak van de overheid bestaanszekerheid te garanderen? 

‘Ik vind dat de overheid met heel veel niks te maken heeft, maar wél met het garanderen van bestaanszekerheid voor iedereen. Als we dat niet voor elkaar hebben – en dat hebben we niet – moet het ambitie nummer 1 zijn dat wél te regelen.’ 

Wat moet er gebeuren op het gebied van bestaanszekerheid? 

‘Wat we als eerste moeten doen: de hele ingewikkelde materie die bestaanszekerheid heet vereenvoudigen. Daartoe moeten we ons als overheid regelmatig afvragen: doen we nog steeds het goede? Bijvoorbeeld: is die flexibele arbeidsmarkt nog wel goed? We kunnen wel als ideologie hebben dat ondernemerschap belangrijk is, maar… een postbode bijvoorbeeld is geen ondernemer, terwijl hij vaak wel zo wordt behandeld. Dus: doen we wel de goede dingen? Nee, dat doen we niet. Nou, dan moeten we repareren wat niet klopt.’

Hoe kom je er als overheid achter welke dingen niet kloppen? 

‘Door te luisteren naar mensen die het meemaken in plaats van alleen af te gaan op systemen en tabellen. Door met mensen zelf te praten en te vragen: wat gebeurt er nou? En door contact te onderhouden met organisaties als KBO-Brabant. Die zit tot in de haarvaten van de samenleving en kent de verhalen van dichtbij. Ik heb regelmatig contact met KBO-Brabant over het onderwerp armoede; dan hoor ik ook waar mensen tegenaan lopen. Zo heb ik begin vorig jaar deelgenomen aan de themabijeenkomsten over armoede van KBO-Brabant, samen met Corrie van Brenk, nu nog fractievoorzitter van 50PLUS. Corrie en ik zitten op één lijn. Ik vind het ontzettend jammer dat zij de Tweede Kamer verlaat.’

Je hebt je hard gemaakt voor het kwijtschelden van boeteverhogingen bij mensen die ze niet kunnen betalen. Waarom? 

‘Ik ben er twee jaar mee bezig geweest en nu is het geregeld. Kijk, een boete verhogen is zinloos als mensen die boete zelf niet eens kunnen betalen. Als overheid kan je die verhogingen op papier tot in het oneindige laten oplopen. Het oorspronkelijke idee erachter is geweest dat mensen sneller betalen met verhogingen in het verschiet. Maar mensen die niet kúnnen betalen, komen door dat soort maatregelen nooit meer uit de ellende.’ 

Geldt hetzelfde voor uithuiszetting van mensen die de huur niet kunnen betalen – ook een van je aandachtspunten?

‘Absoluut. Mensen die de huur niet betalen, zetten we uit huis. Zij komen in de maatschappelijke opvang, waar kosten van 40.000 euro per jaar aan vasthangen. Vervolgens plaatsen we ze weer in eenzelfde soort huis als dat waar ze zijn uitgezet. Dat is duur en dom! Daarom heb ik de “laatste-kans-curatele” voorgesteld – en die komt er nu ook. Mensen die de huur niet betalen, krijgen een voorstel: óf we zetten u uit huis, óf u tekent hier voor hulp. Zo’n aanpak scheelt veel leed en geld. Eigenlijk is dat kei-logisch: hoe is het mogelijk dat we het ooit anders hebben gedaan?’

Je bent voorstander van een basisbaan. Wat houdt dat in? 

‘Er zijn mensen die in de huidige situatie niet aan werk komen: nu niet, nooit niet. Om die mensen toch aan werk te helpen, heb ik samen met de SP een initiatiefvoorstel geschreven voor een nieuw soort sociaal ontwikkelbedrijf. Iedereen die niet zelfstandig aan het werk kan komen, moet zich daar kunnen melden. Voor mooi werk en een mooi inkomen, beide gericht op groei. Dat kunnen we gewoon betalen. Iemand in de bijstand kost nu 16.000 euro per jaar. Als overheid kan je ook denken: ik heb 16.000 euro budget om deze persoon structureel te helpen, bijvoorbeeld met een basisbaan of loonkostensubsidie – er zijn allerlei mogelijkheden. Maar in Den Haag denken we in potjes en niet integraal. Dat is jammer. We smijten met geld in de richting waarvan we denken dat er problemen zijn, maar redeneren vanuit de mens doen we veel te weinig.’ 

Dus een dergelijke aanpak brengt minder kosten met zich mee? 

‘Zeker. Het ontbreken van bestaanszekerheid veroorzaakt zoveel leed. Dat kost de samenleving tijd en geld. Met minder geld kunnen we veel van die ellende voorkomen. Kijk, de overheid handelt technisch gezien altijd zo dat het klopt. Maar je moet je niet alleen afvragen of je beleid klopt, maar ook of het déugt. Al die regelingen die op papier logisch lijken, maar in de praktijk slecht uitpakken: het is mijn missie de echte realiteit van echte mensen in Den Haag te laten zien.’

René Peters (1975) uit Oss is sinds 2017 Tweede Kamerlid voor het CDA.